Ik schrok maandag.
Even.
NOS-Journaal.
Op je qui vive zijn voor terreur bij verkiezingen.
De dag daarop moest ik een debat presenteren.
Voor de enige verkiezingen dit jaar.
Drie Brabantse gemeenten vloeien ineen.
Veghel, Schijndel en Sint-Oedenrode heten vanaf 1 januari Meierijstad.
80.000 inwoners.
Volgende week woensdag, de 23e, gaan ze stemmen.
Terreurdreiging?
Het bleek te gaan om de verkiezingen van maart volgend jaar.
Die waarbij Diederik of Lodewijk PvdA-lijsttrekker wordt.
Diederik of Lodewijk.
Niet echt namen waarmee socialisten vroeger de barricaden op durfden.
Met opgerolde hemdsmouwen.
Diederik en Lodewijk zijn meer voor het hockeyveld.
Met scheenbeschermers.
De lijsttrekkers in Meierijstad heten Jan, Peter, en Harry.
Dat geurt naar vroeger.
Daar had je eertijds in een revolutie mee voor de dag kunnen komen.
Met die namen dan.
Niet met die mannen.
Te braaf.
En voor een revolutie 2.0, een coup in 140 tekens, al helemaal ongeschikt.
Maar zelfs in de Brabantse dreven duiken rariteiten op.
Daar was Eus, nu nog wethouder in Schijndel.
Het is bijna 5 december.
Zijn naam leidt bij mij als vanzelf tot rijmelarij.
Eus is een …..
Probeer maar eens, varianten te over.
Er meldde zich ook een Marrik.
Lijsttrekker van D66.
Dan mag het best een beetje trendy zijn.
Marrik is net als Diederik.
Eindigt op ik.
Niks op tegen.
Zolang de boodschap maar niet met ik eindigt.
Zolang politici
maar niet mét
ik eindigen