De zaak tegen de Scottsboro Boys geldt als een schandvlek in de geschiedenis van de Amerikaanse rechtspraak. Nederland, heel Europa, leeft in de jaren dertig mee met negen kansloze zwarte pubers.
Ada Wright is geboren en getogen in Chattanooga. Hoewel de stad tegen de grens met Alabama en Georgia leunt, heeft ze Tennessee tot haar veertigste nooit verlaten. Maar in het voorjaar van 1932 gaat Ada op reis. En niet zomaar op reis. In een half jaar tijd bezoekt ze zestien Europese landen, waaronder Nederland.
Ze heeft een dringende reden. Ada wil ruchtbaarheid geven aan de schandelijke rechtszaak tegen de zogenoemde Scottsboro Boys. Het gaat om een schijnproces vindt zij – en met haar vele anderen – waarin negen zwarte jongens kansloos zijn tegenover louter blanke juryleden. Voor acht van de pubers wordt de elektrische stoel al opgetuigd.
Op zoek naar werk
Een jaar eerder, in maart 1931, zijn Ada’s zonen Andy (19) en Leroy (12) opgepakt. Ze hebben met twee vrienden de trein genomen naar Memphis, op zoek naar werk. Thuis is het armoe, zeker sinds het overlijden van hun vader. Moeder Ada poetst bij een Iers-Amerikaanse familie. Ze heeft meerdere monden te voeden.
De jaren dertig brengen een economische depressie. Het leger aan werklozen groeit onstuitbaar. Velen hoppen van klusje hier naar baantje daar. In de goederentrein waar Ada’s zonen een plekje vinden, liften veel lotgenoten mee. Twee blanke meiden incluis.
Zo begint mijn verhaal over Ada’s zware reis in G-Geschiedenis. Hieronder tref je de pagina’s uit het historisch magazine van maart en april 2021. Klik op de afbeeldingen voor een leesbare versie.
Meer weten over G-Geschiedenis? Klik hier.