De Waalwijkse burgemeesterszoon ir Jan ridder De van der Schueren was zakenman in Engeland, maar werd na de bevrijding Provinciaal Militair Commissaris van Noord-Brabant. En vervolgens – naast generaal Kruls – tweede man van het Militair Gezag, dat in heel Nederland de bestuurlijke orde moest bewaken en herstellen.
Voor Brabant herinnert, het andere verhaal, een project van Tilburg University en Erfgoed Brabant, dook ik in de onbekende geschiedenis van deze De van der Schueren, die zelf noteerde: “We hebben in Brabant een beetje republiek gespeeld”.
Hij bedankte voor een ministerpost in het Londense kabinet vanwege de nadrukkelijke aanwezigheid van prins Bernhard. Diens rol is “on-grondwettelijk daar zij het Koninklijk Huis blootstelt aan schendbaarheid en critiek”, schreef De van der Schueren in een persoonlijk memorandum. Dat ligt in een gesloten lade, die voor dit verhaal heel even openging. De twist belette niet dat hij later Commissaris van de Koningin in Overijssel werd.
Lees hier over ‘De ridder, het Militair Gezag en de republiek Brabant’.
Voor hetzelfde project schreef ik eerder het verhaal Bertha en de 18 doden.
Die longread kun je bovendien in delen ook hier op De Taal van Twan lezen.