In het oerwoud van Nieuw-Guinea knokt een Nederlandse verzetsgroep dertig maanden tegen de Japanse bezetter. Zestien mannen en één jonge vrouw overleven. Ze worden uitgehongerd en verzwakt teruggevonden.
De groep telt aanvankelijk meer dan zestig militairen en burgers. Ze voert haar guerrilla in de jungle van Vogelkop, het schiereiland aan de noordwestzijde van Nieuw-Guinea. Een blik op de kaart verduidelijkt de naam.
Menseneters
De Nederlanders vechten en overleven met hulp van bevriende Papoea’s. Dat leidt soms tot wrange schetsen. Een varken ruilen tegen een geweer met een paar patronen, is een deal met een bonus, want zo’n bevriende stam wil het wapen nog weleens gebruiken om Japanners te doden en op te eten. Vooral de handen zijn in trek, weet een van de overlevenden, Teddy van Genderen, zich in 1981 te herinneren. “Omdat ze zo lekker op die kootjes konden kluiven.
Anno 2021 is er nog één guerrillastrijder van Vogelkop in leven. Piet de Kock werd op 12 mei 103 jaar.
In het mei-nummer (2021) van het Historisch Nieuwsblad stond mijn verhaal Guerrilla in de jungle.
Je kunt het hier nu helemaal lezen.
Klik op de pagina’s voor een groter formaat.
Meer weten over het Historisch Nieuwsblad? Klik hier
Of lees hier meer over de jarige Piet de Kock